Sleutels

Vorige week kregen we de sleutels van ons nieuwe huis. Een uur voordat we officieel gingen tekenen bij de notaris vond de zogenaamde inspectie plaats. Samen met de makelaar en de eigenaren liepen we door het huis dat nog heel even van hen was. We hadden het huis al een paar keer gezien, maar nog nooit in compleet lege staat. Alle ruimtes leken groter.

Ongewild waren we toch een beetje bang geweest dat zo’n kaal huis ons zou tegenvallen, maar de rondgang maakte ons alleen maar enthousiaster. De eigenaren legden ons uitvoerig de bijzonderheden van het huis uit. Waar het lichtknopje in de kelder zat, hoe de oven werkte, dat de schuurdeur wat klemde, hoe het water afgesloten kon worden, etc. Een bijzonder ritueel waarmee zij met enige moeite hun vertrouwde, dierbare huis loslieten. Ze hadden hier ruim 11 jaar met veel plezier gewoond. Hun kinderen waren hier geboren. Nu was het tijd voor een nieuw huis met meer leef- en werkruimte. Als laatste onderdeel van de inspectie kregen we uitleg over de sleutels. Deze zaten keurig gesorteerd in een mooi blauw doosje.

Een half uur later zaten we met elkaar bij de notaris. Daar werd de akte doorgenomen en door alle aanwezigen getekend. De koop was nu formeel rond en de overdracht bezegeld. We kregen het blauwe doosje met de sleutels overhandigd. Het enige tastbare bewijs dat het huis nu van ons was. De rest was alleen maar papierwerk en daar krijg je geen deuren mee open.

Binnen een uur waren huidige eigenaren vorige eigenaren geworden, en wij nieuwe eigenaren. Gewapend met de blauwe sleuteldoos gingen we opnieuw naar het huis. Voor het eerst maakten we zelf de voordeur open. Blij maar ook wat onwennig liepen we nog een keer uitgebreid het hele huis door. Het was nu ons huis, maar zo voelde het nog niet echt. De sleutels pasten in ieder geval allemaal.

Over ruim twee maanden zal er nog een keer een inspectie zijn. Maar dan van het huis waar wij de afgelopen 33 jaar met veel plezier hebben gewoond. Waar onze kinderen zijn geboren. Waar we heel veel hebben beleefd. Dan zullen wij op onze beurt de nieuwe eigenaren wegwijs maken. Dat zal ook voor ons even slikken worden. We zijn toe aan een nieuwe stek, maar dat betekent niet dat we makkelijk afscheid nemen van onze huidige vertrouwde omgeving. Gelukkig hebben we nog de hele zomer om aan het idee te wennen. Om het nieuwe huis ons meer eigen te maken en om het oude huis langzaam los te laten. Dat biedt ook voldoende tijd om ons oude sleutelbakje een keer grondig uit te vlooien. Wij hebben namelijk ook zo’n verzamelbakje, alleen niet zo netjes geordend.

Er zitten courante sleutels in, maar ook oude fietssleutels, sleutels van buren die al lang verhuisd zijn en de sleutel van de oude keukendeur die twintig jaar geleden is vervangen door een schuifpui. Daarnaast nog een dozijn sleutels die ik niet direct kan thuisbrengen. Het gedicht Wisselgeld van Ingmar Heytze schiet me te binnen. Het sluit mooi aan op wat wij nu beleven:

 

 Wisselgeld

Voor K. Schippers

 

Zoals in de buitenste vuilniszak

van een verse rol altijd eerst de verpakking

van die rol gaat – scheuren, uitslaan, frommelen,

 

klep dicht, klaar – zo vind je bij elke verhuizing

weer hetzelfde blik met sleutels. Je hebt geen

flauw idee of ze nog passen, op welk slot.

 

Wie weet welke deur of kast, wat voor postvak,

fiets van vroeger voorgoed vergrendeld werd.

De laatste doos is ingeladen, ieder gat gevuld,

 

vloeren en muren laten zien waar alles stond,

alleen aan jou. Jij moet verder, iets

Of iemand drijft je voort, je denkt opnieuw

 

ik wil dit niet maar blijkbaar trek je nooit

een lijn zonder eroverheen te gaan. Je pakt

het blik en loopt nog één keer alle kamers door.

 

Zo komt hier en daar een sleutel thuis waarvan

je niet meer wist wat ermee openging, maar

meer, veel meer nog hou je over, het blik

 

gaat als wisselgeld in je tas en straks weer

onder in een nieuwe kast. Ergens, denk je,

staat een huis waarin je thuiskomt. Alles past.

 

 

(uit: De man die ophield te bestaan, 2015)

Geef een reactie