Elastiekjes op straat

 

Ik weet niet meer wanneer het precies begon, maar sinds een paar jaar trekken elastiekjes op straat mijn aandacht. En dan met name de exemplaren die zo in elkaar gedraaid zijn dat je er een bepaald figuurtje in kunt ontdekken. Soms is het figuurtje meteen te herkennen. Je loopt er tegenaan en denkt:

‘Kijk, een hartje’

Of: ‘een piemel’   (zoals je die op de middelbare school in elke jongens-wc op de wand getekend ziet)

Of: ‘een ampersand’ (het ‘en’-teken)

Soms zie ik het niet direct en moet ik er even omheen lopen om te ontdekken of er een speciaal figuurtje in te herkennen is. Ik maak voor de zekerheid van elk elastiekje een of meer foto’s, zodat ik er thuis ook nog even goed vanuit verschillende hoeken naar kan kijken.

Met enige fantasie kan ik er dan vaak toch iets in herkennen:

‘een slakje’

‘een slapende vrouw à la Picasso’

‘Epke Zonderland in kruishang’

‘een zwaantje’

In sommige gekringelde elastiekjes kan ik geen figuur ontdekken, maar dat maakt hen niet minder interessant. Die voeg ik naamloos toe aan mijn verzameling

Ik realiseer me dat mijn speciale interesse voor elastiekjes op straat voor omstanders een raar beeld moet opleveren. Een man van middelbare leeftijd die midden op de stoep gaat stilstaan, gebiologeerd naar een plek op de straat staart en dan in een cirkeltje rondloopt; die vervolgens zijn smartphone pakt, door z’n knieën gaat en op 30 centimeter hoogte een foto maakt. Er zijn mensen in mijn omgeving die zich zorgen maken en zich afvragen of wel goed met me gaat. Dat vraag ik mezelf ook wel eens af, maar ja, als je eenmaal door iets gegrepen bent, is het moeilijk om het los te laten.

Een bijzondere ontdekking deed ik pas onlangs. In een verzamelbundel kwam ik twee gedichten van Cees Buddingh’ over elastiekjes tegen.

geen schaartje

‘hé, dat lijkt wel een schaartje,
wat daar op de grond ligt,’ dacht ik,
‘een stoffig, grijsgroen schaartje’

maar toen ik beter keek zag ik
dat het geen schaartje was,
maar een elastiekje, ineengekringeld
in de vorm van een schaartje

 

geen brilmontuurtje

‘hé, dat lijkt wel een brilmontuurtje,
wat daar op tafel ligt,’ dacht ik,
‘een stoffig brilmontuurtje,
zo eentje als bernlef wel draagt.’

maar toen ik beter keek zag ik
dat het geen brilmontuur was,
maar het grijsgroene elastiekje,
nu ineengekringeld
in de vorm van een brilmontuurtje

Ik kende deze gedichten niet, terwijl ik toch een poëzie-liefhebber ben en zelfs een keer een blog over Buddingh’ heb geschreven (http://phaestus.nl/phaestus.nl/?p=739). Deze aardige gedichtjes hebben me enorm gerustgesteld. Ik ben dus niet gek. Of in ieder geval niet de enige gek. Cees Buddingh’ met zijn oog voor ‘objets trouvés’, was ook gefascineerd door elastiekjes. Ik bevind me in goed gezelschap.

 

Nagekomen foto (15 januari 2024):

dit vrolijke exemplaar vond ik vandaag op de stoep voor mijn huis:

Geef een reactie