Go to hell

 

De Hongaarse premier Viktor Orban sprak onlangs op een conventie van Amerikaanse conservatieven in Texas. Hij vond daar een gewillig oor voor zijn inmiddels bekende tirade tegen migranten, moslims, de EU en transgenders. Bij zijn afsluitende oneliner ‘globalists can all go to hell’ kreeg hij een staande ovatie.[1] Toen ik een nieuwsbericht hierover las moest ik grinniken. Was Orban’s optreden als Europees politicus op een politieke bijeenkomst in Texas ook niet een voorbeeld van globalisering?

Het toeval wilde dat ik op die dag net de laatste bladzijden uit de Hel van Dante Alighieri had gelezen. Ik probeer af en toe een klassiek boek te lezen en deze zomer is dat De goddelijke komedie van Dante.[2] Dante beschrijft in dit boek zijn pelgrimstocht naar de Hel, de Louteringsberg en het Paradijs. In het eerste deel daalt hij af naar de hel waarbij hij wordt begeleid door de Romeinse dichter Vergilius. Dante treedt hiermee in de voetsporen van de apostel Paulus en van Aeneas (de mythische stichter van de stad Rome), de enige andere mensen die ooit de hel hebben bezocht. In tegenstelling tot wat veel mensen denken is de hel niet simpelweg een plek met vagevuur waar de zondaren eeuwig branden. Dante’s hel wordt beschreven als een ondergronds oord in trechtervorm met meerdere ringen, lagen en kloven.

Elke laag is bestemd voor een bepaald type zondaar die een bij de zonde passende eeuwigdurende straf krijgt. Hoe erger de zonde, hoe dieper de laag waarin je terecht komt en hoe heftiger de straf. Het begint met wellustigen, gulzigaards en verkwisters in de Bovenhel en het eindigt met dieven, bedriegers en verraders in de diepste regionen van de Benedenhel. De straffen variëren van (eeuwig) geplaagd worden door wespen of stormen en het dragen van zware lasten tot het verscheurd worden door honden of het verblijven in poelen van kokende pek. Per canto (met ritmische drieregelige verzen) beschrijft Dante een afdeling van de hel, met de daar verblijvende zondaars (vaak bekend uit de Bijbel, de mythologie of de toenmalige Italiaanse politiek) en de straffen die zij moeten ondergaan. Dit alles ter lering ende vermaak van de lezer.[3] De beschrijvingen van Dante zijn zo uitgesproken dat hij kunstenaars als Sandro Botticelli, Jheronimus Bosch en Gustave Doré heeft geïnspireerd om de hel met al zijn kringen, kloven en zondaars af te beelden. Geen wonder dat de beschrijvingen van Dante en de schilderijen en tekeningen die anderen hebben gemaakt onderdeel zijn geworden van ons collectieve bewustzijn.

Gustave Doré: afbeelding van de straf voor verkwisters in de vierde kring van de hel.

In die zin is de oproep van Orban heel Dantelliaans. Hij lijkt De goddelijke komedie te kennen door de globalisten als categorie toe te voegen aan de groepen zondaars die een plek in de hel verdienen. Ik ben benieuwd in welke categorie Dante de globalisten zou hebben geplaatst.

Die vraag geldt ook voor een andere hedendaagse groepering die bekend is geworden door een uitspraak van een andere politicus. Madeleine Albright, de voormalige Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken, schreef niet alleen een boek met als titel Hell and other destinations, maar is ook beroemd geworden om de zin ‘There is a special place in hell for women who don’t help other women’. Ook deze uitspraak sluit goed aan bij het denken van Dante. Is het toeval dat Albright, net als Orban, geboren is in midden-Europa en wellicht daardoor het werk van Dante kende?

De quote van Albright is ook op T-shirts gedrukt

Je zou met al deze uitspraken een hedendaagse Jeroen Bosch of Gustave Doré nodig hebben om een moderne versie van de hel te schilderen of te tekenen. Maar het lijkt me een nog beter idee om het denken in termen van hel en verdoemenis helemaal af te schaffen. In de middeleeuwen werden mensen bang gemaakt met de vreselijkste teksten en beelden over de straffen die ze konden krijgen als ze zich zouden misdragen. Met God als leidsman en de duivel als boeman. Tegenwoordig zijn onze rechten en regels niet meer religieus gegrond, maar opgesteld binnen het kader van onze democratische rechtsstaat. Een zonde heet nu een overtreding. En als je die begaat krijg je een boete of een gevangenisstraf. Veel beter zo.

Gelukkig hebben we dan nog wel de mooie, betoverende verhalen en vertellingen over goed en kwaad uit religieuze boeken, de mythologie en de literatuur. Niet om letterlijk te nemen en om elkaar angst mee aan te jagen, maar om je aan het denken te zetten. Om je te helpen goede afwegingen te maken. Om te laten zien dat er wat te kiezen valt.

Het is fijn dat er naast de klassieke verhalen ook moderne verhalen zijn verschenen waarin andere beelden van de hel worden geschetst. Als scholier las ik het toneelstuk ‘Huis clos’ van Jean-Paul Sartre. De hel wordt daarin niet beschreven als een inferno, maar als een kamer waarin drie mensen verblijven. Ze zijn voor eeuwig tot elkaar veroordeeld. De bekendste zin uit dit toneelstuk luidt: ‘L’enfer, c’est les Autres’. De hel is wat je elkaar aandoet. Dit stuk, waarin geen druppel bloed vloeit, maakte veel meer indruk op mij dan de satanische verhalen die ik elders had gelezen.


LIeke Marsman, dichter

Foto: Merlijn Doomernik

 

Ik sluit deze ‘helletocht’ af met twee gedichten van Lieke Marsman[4], de huidige Dichter des Vaderlands. In haar nieuwste dichtbundel In mijn mand refereert Lieke Marsman ook aan de hel. In twee opeenvolgende gedichten beschrijft ze haar gevoel van ‘onttovering’. Met in de slotzin ook een verwijzing naar de anderen. Net als bij Sartre.

 

 

 

DE ONTTOVERING VAN DE WERELD

regen en ruzie
maar we worden beschermd
door de plastic blokken
van de McDonald’s speelplaats
in mijn broekzak heb ik
mijn meest kostbare bezit
tot nu toe: een miniatuur Katrien Duck
die uit een roze doosje springt
zodra je het opent

twintig jaar later raak ik verstrikt
in de wachtwoorden
en patiëntnummers
die ik nodig heb
om toegang te krijgen tot mijzelf
en ik voel mij onttoverd
er is niets magisch aan dit leven
waarin een balie een schavot is
waarin de snelle achteruitgang
aan het eind een angst is
‘Ze voelde zich goed. Toen was ze dood.’
als een nieuwe fleece trui die een keer gewassen werd

zeg me dat de mensheid
haar geloof verliest en ik antwoord
we waren altijd al achterdochtig
we knepen alleen nog een oogje dicht
hadden in een ver verleden ergens gelezen:

het is beter met één oog
het eeuwige leven binnen te gaan
dan met twee ogen
in het eeuwige vuur te worden gegooid

 

BIJ HET VORIGE GEDICHT

stel me de hel heel anders voor
geen eeuwigdurende hitte, wel een gebrek
aan koel briesje vandaag. zelden storm,
des te vaker windkracht zes, ongelegen:
in te krappe kleren naar een afspraak
waar men begeerteloos op je wacht.
niks theatraal vierendelen, in de hel
voortdurend venijnige schopjes
tegen de enkels. Wat had je dan gedacht?
zonder zelfverzonnen talismans
ligt je geluk er in andermans handen.

 

[1] Zie o.a. https://www.newsweek.com/viktor-orban-cpac-standing-ovation-globalists-go-hell-texas-1731042

[2] In een mooie vertaling van Ike Cialona en Peter Verstegen (2021)

[3] Dankzij de uitvoerige commentaren van de vertalers is dit ook voor eigentijdse lezers te volgen en te plaatsen.

[4] Lieke Marsman is ook te zien als Zomergast bij de VPRO op zondag 14 augustus.

Geef een reactie