Vuilcontainer

 

 

Onlangs is er een vuilcontainer schuin tegenover ons huis geplaatst. Voor het hele geval, een grote ondergrondse bak met bovengronds een soort huisje voorzien van een grote klep, heeft de gemeente een paar struiken uit het buurtplantsoentje verwijderd. Alle buurtbewoner hebben een pasje gekregen om de klep van deze container te kunnen openen voor het deponeren van rest-afval. De grijze kliko-bak die ieder huishouden een paar jaar geleden heeft gekregen moet nu gebruikt gaan worden voor het zogenaamde PMD-afval: plastic, blik, melkpakken, etc.

Vanuit mijn studeerkamer heb ik er een nieuw schouwspel bij. Ik zie mijn buurtgenoten hannesen met pasjes die niet meteen willen werken, met afvalzakken die te groot zijn om in de muil te proppen, of met hun rollator die ze over de stoeprand tot aan de voet van de container proberen te rijden. De meest opmerkelijke afval-weggooier is een oude buurvrouw die een straat achter ons woont. Toen wij hier 30 jaar geleden kwamen wonen was ze een opvallende verschijning. Een elegante vrouw van middelbare leeftijd met rechte rug en ferme tred. Ze had iets voornaams. Ik heb haar al die jaren nooit uitgebreid gesproken. Niet meer dan een praatje bij de bakker of een ‘goedemorgen’ op de hoek van de straat.

En nu zie ik haar met grote regelmaat voorbijkomen, op weg naar de vuilcontainer. De kwieke dame van weleer is een oude vrouw geworden. Haar rug is krom en bij elke wankele stap leunt ze zwaar op haar witte paraplu die ze als wandelstok gebruikt. In haar andere hand draagt ze steevast een grote groene tas. Aangekomen bij de vuilcontainer zet ze de tas op de grond, vist ze met enige moeite het pasje uit haar jaszak en opent na enkele vergeefse pogingen de klep. Dan buigt ze zich moeizaam naar haar tas om met haar vrije hand datgene te pakken wat ze weg wil gooien. Het lijkt ieder keer een kleinigheid. Deze scene herhaalt zich meerdere keren per week. Dat ontdekte ik laatst toen ik een week vakantie had. Elke ochtend rond 10 uur scharrelde ze voorbij. Met haar onafscheidelijke witte paraplu en groene tas. Vaste prik.

Op een gegeven ochtend kon ik mijn nieuwsgierigheid niet langer bedwingen. Toen ik haar weer een keer aan het einde van de straat de hoek om zag komen, liep ik de trap af, pakte ik de vuilniszak die ik al klaar had gezet in de gang, liep de deur uit en stak quasi nonchalant de straat over naar de afvalcontainer. Ik maakt de klep open en gooide mijn afval erin. Daarna bleef ik even wachten tot ook de oude dame bij de container was aangekomen. Als een galante buurman hield ik de klep voor haar open. Tot mijn grote verbazing zag ik dat er een paar boeken in haar groene tas lagen die ze met onvaste hand in de bak gooide. “Boeken?”, stamelde ik. Bijna wilde ik zeggen dat deze container daarvoor niet bestemd was, maar ze antwoordde direct met onverwacht heldere stem: “Ja, boeken. En ze vervolgde: “ik ben dol op boeken, maar ik moet er vanaf. Ik kan niet langer in dat grote huis van me blijven wonen. Ik kom de trap haast niet meer op. Over een paar maanden ga ik naar een verzorgingshuis, dus ik moet heel veel spulletjes kwijt.” Ik begreep het en had met haar te doen. “Zal ik een keer komen helpen”, bood ik aan, “dan kan ik in één keer met de auto een aantal dozen met boeken voor u weggooien bij het afvalstation van de gemeente”. “Dat is heel aardig, maar doet u geen moeite”, sprak ze beslist. “Ik wil alle boeken nog even een keer door mijn handen laten gaan. Deze boeken vertegenwoordigen mijn hele leven: kinderboeken, studieboeken, reisboeken, kookboeken, romans, noem maar op. Ze roepen bijzondere herinneringen bij me op. Ik vind het heerlijk om ze allemaal nog één keer vast te pakken voordat ik ze weg moet doen. En bovendien is dit dagelijkse ommetje goed voor me”.

Ik was verbaasd, maar knikte instemmend en zei dat ik ook van boeken hield. Wat zou ik later met al mijn boeken gaan doen, schoot er door mijn hoofd. Terwijl ik zo stond te mijmeren riep de oude buurvrouw met veel zwier in haar stem: “Nou, dag hoor”. Ik groette terug en zat 30 seconden later weer op mijn werkkamer. Ik klapte mijn laptop open en klikte een nieuwssite aan. Het eerste bericht dat ik zag was de top-10 van meest gevraagde Sinterklaas-cadeaus van dit jaar. Ik las dat boeken bovenaan het verlanglijstje van de gemiddelde Nederlander staan. Goed nieuws, dacht ik.  En dat zou mijn oude buurvrouw ongetwijfeld ook vinden.

Geef een reactie