Er mankeert nogal wat aan missen en ontbreken

 

Als docent krijg ik jaarlijks duizenden pagina’s tekst van studenten onder ogen. Over het algemeen zijn die teksten redelijk tot goed te lezen. Studenten schrijven niet slechter dan de gemiddelde Nederlander. Misschien zelfs wel beter. Maar natuurlijk zie ik ook regelmatig ondoorgrondelijke alinea’s of krijg ik kromme tenen van kromme zinnen.

Ik geef daar graag een paar illustraties van. Niet om studenten belachelijk te maken. Nogmaals, ze schrijven lang niet slecht en de voorbeelden die ik hier bespreek zijn ook in kranten of in teksten van professionals te lezen. Ik krijg alleen zoveel teksten van studenten onder mijn neus, dat ik hier uit hun werk put.

Wat mij vooral opvalt is dat er een soort ontwikkeling zit in het type fouten dat ik tegenkom. Elke fase van mijn carrière kende zijn eigen hardnekkige taalmissers. Ik vind het heel interessant om die veranderingen in spelling en taalgebruik te signaleren. Laat ik daarbij vooropstellen dat ik geen taalpurist ben. In mijn opvattingen over taal, taalfouten en taalontwikkeling heb ik me laten inspireren door Joop van der Horst, taalkundige en oud-collega.

In zijn interessante boek ’Het einde van de standaardtaal’ geeft hij aan dat de taal onder invloed van de renaissance werd gestandaardiseerd en geüniformeerd. In woordenboeken, grammatica’s en spellingvoorschriften werd dit vastgelegd. Er werd als het ware een hekwerk om de taal geplaatst en dat hekwerk werd bewaakt door de elite. Dat systeem van standaardisering en strikte regels heeft eeuwenlang stand gehouden. De afgelopen 50 jaar is het onder invloed van meerdere ontwikkelingen gaan schuiven: iedereen gaat naar school en wordt geacht geletterd te zijn, spreektaal is belangrijker geworden ten opzichte van schrijftaal, het Engels heeft enorm aan populariteit gewonnen, we zijn onder invloed van internet en nieuwe media anders gaan schrijven, etc. Van der Horst vindt dat niet bedreigend of ongezond, maar een bewijs dat de tijden veranderen. En daarmee de taal.

Ook in de geschriften van mijn studenten zie ik bepaalde ontwikkelingen. In mijn beginjaren kwam ik vaak deze foutief gespelde woorden tegen: ‘proffesioneel’,  ‘dillema’ en ‘intervieuw’. Opmerkelijk genoeg zie ik deze missers tegenwoordig (haast) niet meer. Het woordbeeld is wellicht verbeterd omdat deze woorden ook in het populaire Engels voorkomen.

In een latere fase vonden studenten het om onbegrijpelijke redenen nodig om wat ambtelijker te gaan schrijven. Opeens kwam ik geregeld ‘te allen tijde’ tegen, maar dan op alle mogelijke verkeerde manieren geschreven. Ook gingen ze het woord ‘maar’ vervangen door ‘echter’. Bij voorkeur aan het begin van een zin; zonder een komma erachter: ‘Echter de klant dat niet mooi vindt…’.

De afgelopen jaren loop ik tegen nieuwe patronen aan. Waar ze vandaan komen weet ik niet, maar deze nieuwe soorten fouten hebben zich in korte tijd als een virus verspreid. Ik geef vijf voorbeelden.

  1. Opzoek. Veel studenten schrijven sinds enige tijd deze woorden aan elkaar: ‘hij is opzoek naar een antwoord’. In mijn ogen een merkwaardige constructie. We schrijven toch ook niet ‘opdrift’ of ‘opvisite’? Kennelijk komt ‘opzoek’ probleemloos door de spellingscontrole, omdat het in een combinatie met ‘ik’ wel in orde is (vind je het goed als ik je vanavond opzoek?’).
  2. Doormiddel van. Geen idee waarom de woorden ‘door’ en ‘middel’ opeens aan elkaar worden geschreven, maar het gebeurt. En op grote schaal.
  3. Hij wilt. Ook zo’n nieuw, hardnekkig fenomeen. Misschien dat die toegevoegde t een Rotterdamse oorsprong heeft. Een echte Rotterdammer is immers een Rotterdammert. Daar moet ik elke keer aan  denken als ik het woord ‘wilt’ voorbij zie komen (‘hij wilt’, ‘de organisatie wilt’, ‘de medewerkster wilt, …’).
  4. Worden laten zien. Dit is een bijzonder creatieve constructie die ik de laatste tijd een paar keer heb gesignaleerd. ‘Laten zien’ is een normale woordcombinatie (‘hij laat zijn verzameling zien’). In een passieve zin zou je dan zeggen: ‘zijn verzameling wordt door hem getoond’. Maar sommige studenten volgen die weg niet en houden ook in combinatie met ‘worden’ vast aan ‘laten zien’. Dat leidt dan tot een zin als: ‘Op de website worden de producten laten zien’.
  5. Missen en ontbreken. Bij dit woordenpaar wil ik wat langer stilstaan.

Ik kreeg laatst een mail-bericht van een student met als onderwerp ‘missend cijfer’. “Wat zou dat cijfer missen?”, schoot er even door mijn hoofd, maar ik begreep natuurlijk wel waar het om ging: hij zat op zijn cijfer te wachten.

Het valt mij op dat de werkwoorden missen en ontbreken vaak door elkaar worden gehaald. Of laat ik preciezer zijn: ontbreken wordt niet verward met missen (je hoort nooit iemand roepen: ‘ik ontbreek nog een cijfer’), maar missen wordt wel vaak gebruikt als het eigenlijk om ontbreken gaat. Ik zag laatst zelfs een krantenbericht waarin het in de kop boven het artikel wel goed stond, maar in de onderkop juist niet.

Nu wil ik geen verhandeling gaan schrijven over overgankelijke en onovergankelijk werkwoorden of over onderwerp en lijdend voorwerp, maar voor mij zijn missen en ontbreken niet inwisselbaar. Missen en ontbreken is in mijn ogen een werkwoorden-paar dat te vergelijken is met geven en ontvangen. A geeft een cadeau aan B en B ontvangt een cadeau van A. Geven is natuurlijk gekoppeld aan ontvangen, maar de werkwoorden zijn niet inwisselbaar. Als je B zou vragen naar het gegeven cadeau zal hij vreemd opkijken: hij heeft dat cadeau niet gegeven maar ontvangen.

Met een knipoog gezegd: er mankeert nogal wat aan missen en ontbreken!

Ik gebruik met opzet het woord mankeren, omdat het verwant is aan missen en aan ontbreken. En omdat ik wil afronden met een ouderwetse  Sam en Moos grap van Max Tailleur:

Sam bezoekt Moos die in het ziekenhuis ligt.

Sam vraagt: “Zeg, waarvoor lig jij hier?”

“Ik lig hier voor 500 gulden.”, antwoordt Moos.

“Luister Moos, zo bedoel ik het niet”, zegt Sam, “ik bedoel: wat heb je?”

Moos: “200 gulden”,

“Nee, nee, Moos , daar gaat het mij niet om! Wat mankeer je?“

Moos: “300 gulden.”

 

Geef een reactie